Meer beroepsgeheimen. En over hoe Napoleon het loodje legde
Meer beroepsgeheimen. En over hoe Napoleon het loodje legde
Meer beroepsgeheimen: hoe kom je als schilder toch aan je kleurpigmenten?
Giftig groen
In de Victoriaanse tijd werd eindelijk een prachtig groen met veel mogelijkheden ontdekt. Smaragdgroen (Emeraldgreen). Dat was nou eens een handel die heel goed liep: spotgoedkoop om te maken, en een wereldhit. Iedereen wilde zijn jurk, zijn kasten, haar jurken, het behang op de muren in die kleur, in alle tinten. Het verdiende lekker dus. Ook Van Gogh schilderde ermee, en Cézanne. Ze gebruikten wel meer kleuren die bepaald niet gezond voor je waren. Arme zielen, want:
het was wel jammer, dat Smaragdgroen zoveel met arsenicum te maken had – dat zo vrolijk in je huis verdampte bij een beetje vochtigheid. En ook, dat de fabrikanten het er liever niet hadden over hoe dodelijk het was. Er zijn heel wat slachtoffers gevallen. Beroepsgeheimen, jaja, een keer raden waar de term gifgroen vandaan kwam…
Pech
Had Napoleon dat maar geweten. In zijn huis op het regenachtige Elba ook zat zo’n leuk groen behangetje.
En hij kon even niet weg.
Hierbij: detail uit een portret van Vincent van Gogh, met Smaragdgroen in de achtergrond. (Gelukkig wordt die kleur tegenwoordig synthetisch gemaakt – nou durf ik wel.) Meer lees je in Prachtig, helder dodelijk groen. Lees ook Mijn beroepsgeheimen, Inktzwarte beroepsgeheimen, Donkerbruine vermoedens. Alle beroepsgeheimen op een rijtje, kijk hier. En: Camera Obscura, het grote geheim. Maar daar moet je echt even voor gaan zitten, al zijn het wel heel leuke nieuwtjes.
Geef een antwoord