Er zit een man in Lelystad – Anthony Gormley

Er zit een man in Lelystad - Anthony Gormley

Er zit een man in Lelystad – Anthony Gormley

Hij zit daar, aan het water. Of nee, hij zit niet, hij hurkt. Hij hurkt aan het water.

25 meter hoog torent hij uit boven het intens vlakke landschap – en zit. Heel stil.

Eens ging de zee hier tekeer. Het water is wijd. De horizon is wijds. En hij zit.

Meer doet hij niet. Of wel eigenlijk: hij geeft zich over. Aan de wind, de kou, de warmte, het water.

Heel stilletjes – dag en nacht. 

De armen om de knieën geslagen hurkt hij daar. 

In zichzelf besloten, maar open aan iedere kant. Want zijn lichaam is niet meer dan

een staalconstructie, al is dat er een van 60 ton. De wind waait zo door hem heen.

De zon komt in iedere hoek. De maan glanst op iedere rib.

Alles wat er buiten hem gebeurt, gebeurt net zo goed binnen in hem.

Het beeld ‘Exposure’ van Anthony Gormley

Een vogel vliegt er in – en er uit. Hij is enorm aanwezig, toch neemt hij geen ruimte in.

Hij dringt zich niet op aan de ruimte om zich heen, hij laat de ruimte toe in zichzelf.

Hij geeft alle ruimte – en wordt zelf daar geen centje minder van.

Als je werkelijk even rustig naar hem kijkt, dan ben je, net als hij – even in een werkelijkheid

die anders is dan het gedoe van alledag om je heen. En neem de moeite: volg zijn blik.

Wat beleeft een mens allemaal – stomweg omdat ie in dat lichaam zit?

Anthony Gormley (1950), die binnenkort uitgebreid exposeert in Museum Voorlinden

vertelt in interviews zelf over hoe hij als kind iedere dag na de lunch geacht werd te ‘rusten’ op bed.

Niet spelen, niet werken, niets doen. Sssst!

Een half uur lang stil liggen, dat is voor een kind in alle bewegelijkheid een opgave.

Maar het maakte hem misschien langzaamaan bewust van hoe je in eigen lichaam ‘bent’.

Vreemd genoeg: hij merkte daar een ruimte, een plaats om te zijn. In dat lijf, dat stil moest zijn. 

Een oneindigheid aan ruimte, achter zijn ogen, in de binnenkant van zijn hoofd, in zijn lichaam.

Dat beseffen we maar zelden: ruimte in je lijf, meestal lijkt dat gewoon propvol.

Zónder lijf voel je niks

Maar met een lijf kan er ineens van alles. In een stille donkere ruimte ‘merk’ je een ander op.

En die ander kan iets uitstralen dat jij oppikt: liefde, of angst of haat, of misschien rustige aanwezigheid.

Die ander kan bij jou binnenkomen, inbreken, over je heen walsen,

of op afstand blijven, jou afhouden, de koude schouder geven. Isoleren, negeren.

En jij kunt jezelf afsluiten, verstijven, barricaderen, jezelf opsluiten, of juist jezelf openstellen.

Opgaan in de omgeving, of in een ander. Dat allemaal, en nog veel meer, is de beelden van Gormley,

en hoe die zijn opgesteld in de ruimte, te ontdekken.

De mogelijkheden zijn eindeloos – maar zonder lichaam

zouden we niets merken en nergens van weten.

Waar is de grens?

Anthony Gormley neemt zijn eigen lijf als uitgangspunt en puzzelt met alle mogelijkheden.

Heeft mijn lijf wel een grens? Meestal denk je dat de huid, je velletje de grens wel is,

maar dat is nog de vraag.

De afstand tussen jou en een ander is veelbetekenend, van opdringerig tot liefdevol.

En trouwens: misschien zijn je kleren wel de grens, of het gebouw om je heen. Of sterker nog:

de grens van hoever je blik kan reiken, de horizon. Dat alles, dat ben jij ook.

(Of de oorsprong van de geluiden die je horen kunt, de wind die je kunt voelen.

De warmte van een ander mens, een haard,

de verre, verre zon?)

Wat is ‘grens’?

Wat is ruimte?

Voor ‘Exposure’ bij Lelystad heeft Gormley zijn lijf laten afgieten in gips. Hurkend.

Dat is heel klein en heel benauwend. (Kijk hier, minuut 2:06)

En dan is het beeld bij lelystad heel groot en heel open. Zo open dat het hele leven erdoorheen kan spelen.

De blik reikt naar de horizon. De voeten stevig op de grond. Het lijf een structuur, een die lijkt op

de grote elementen in de ruimte in Nederland, de hoogspanningsmasten. Stel je voor dat hij gaat staan!

Wij zijn. In de wijde wereld.

De vaak terugkerende structuren en systemen in Gormleys werk spreken mij niet altijd aan,

het is wanneer hij die loslaat dat hij het leukst is, zoals o. a. bij zijn werk voor The Fourth Plinth

op Trafalgar Square in London. Daar staan vier enorme sokkels (Plinths) voor grote beelden,

waarvan de vierde sokkel altijd leeg is gebleven. Daar staan beelden van machthebbers, van oorlog als grandeur,

en op die lege  vierde is tegenwoordig plaats voor moderne beeldhouwers, die elkaar afwisselen.

Gormley zet daar ‘gewone’ mensen op. Echte. Geen beeld, maar leven (Kijk hier, minuut 14:02).

Al die mensen waar die heersers over heersen. Wie er wilde mocht een uur lang doen wat hij of zij belangrijk

of fijn vond, binnen het nette, hoor, en met een vangnet. 

Dans, spel en angst. In de ruimte.

Het is dán dat hij met plezier vertelt over de een, die het publiek op het ruime plein in beweging kreeg;

en helemaal als hij praat over iemand anders: een jonge vrouw die met al haar plein-, en ruimtevrees

een uur lang op die sokkel streed met zichzelf.

Knieën omhoog getrokken , armen eromheen, meestal diep weggedoken in haar lijf, maar niet aldoor.

In bijna dezelfde houding als die we kennen van Exposure, ze lijken een echo van elkaar.

Gormley in het gips (blijf kalm, vertrouw, adem in adem uit), Exposure in weer en wind, de levende vrouw

en haar angst.

Leven laat zich niet vangen in systemen en structuren

Ook al zijn patronen en structuren de grondslag van leven, leven zelf pakt nou net even anders uit.

Het allerleukst vind ik Gormley als hij vertelt in de documentaire How art began (2019, Zie volgende blog.)

Daarin keert hij overduidelijk terug naar de basis zónder alles helemaal te doorwrochten en zich te verliezen

in uitgedachte constructies (een tikje wetenschappelijke instelling heeft hij soms wel).

Daar geniet hij duidelijk van leven in het hier en nu, dat hij herkent

in de grotschilderingen die hij bezoekt.

Daar zie ik hoe hij uitstekend in staat is ons weer te herinneren aan waar alles om draait.

We leven.

 

Hierbij: Exposure in Lelystad, en waar je hem vindt, kijk hier.

Meer: Museum Voorlinden besteedt van af 26 mei tot 22 september alle aandacht aan deze kunstenaar: Anthony Gormley – Ground. (Precies de goede naam.) Hier meer informatie.

En hier vertelt Gormley het zelf: What is art?   Slechts een dikke drie minuutjes, maar helemaal schattig over hoe hij duidelijk maakt dat een lichaam ook een ‘plaats’ is, een kans om uit te wisselen met alles er omheen, een energie zelfs. No appearances! Jammer genoeg niet ondertiteld.

In de documentaire ‘Imagine. Being human’ (Kijk hier) Stel je voor. Je bent een mens, vertelt hij vanaf minuut 48;18 over zijn werk voor The Fourth Plinth (Kijk hier). En dit is zijn site.

Vergelijk dat eens met Grayson Perry, de vorige blog. Perry geeft je moed, vrolijkheid zelfs – zonder dat je de ogen sluit;  Gormley laat je de ruimte voelen, hij laat je zien wat leven is. Kijk vooral naar de volgende blog over Anthony Gormley: How Art Began.

Voor H. L.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Scroll naar boven