Koningsdag
Koningsdag
Dicht opeengedrongen
verscholen bij elkaar
een bassend koor
van onbenulligheid
klevend aan elkaar
Lawaaiige nietszeggendheid
eindeloos kabaal
Dicht opeen geperst
zijn wij samen een groot lijf
Het boert en plast
en walmt
zo opgelucht
Gerustgesteld
en zeker – niet alleen
De alcohol
en wat niet meer
bindt ons en zet de toon
de ritmes geven ons
nog een beetje vorm
We klampen vast
en raken aan
We drukken ons aaneen
Geen stap opzij
de straten in
waar lucht en ruimte is
want daar ben je alleen
En als een waas
hangt om ons heen
het stijgend promillage
dat geeft een lach
– zo liefdevol –
hoopvol kloppen harten
Onder ons de stoep
waar wij op staan:
een hinkelbaan met krijt
oeroud spel
de weg van hemel en van hel
Getekend en vergeten
Honderden volwassenen
staan daar samen stil
en wijken hoogstens even
voor het kind dat spelen wil
En boven ons
een dikke wolk
van monotoon gesnater
Gelijkgestemd en wezenloos
vast aan elkaar gekneed
Zo dansen we zo lachen we
En houden van elkaar
Gerustgesteld in zekerheid
Te schuilen bij elkaar
Als een school vissen
Voor de haai
—————————–
(Marjan Pennings 2018)
Detail, pastel 2021. Groeikracht. Pal naast het feest.
Geef een antwoord